Bij twee
zijbeuken
aan weerszijde van de
middenbeuk
is het gebruikelijk om het
schoorstelsel
uit te voeren met
twee vluchten.
Op de
pijler
tussen de zijbeuken komt dan een steunpijler,
de
tussengeplaatste luchtboogstoel,
die de
luchtbogen
over iedere zijbeuk koppelt. Wanneer de bouwmeester de forse
streefpijlers
langs de buitenste zijbeuk niet zo op wil laten
vallen en daarom alleen over de binnenste zijbeuk een luchtboog wil slaan, dan moet de luchtboogstoel komen op de plaats van de buitenste beuk.
Dat kan natuurlijk niet. Daardoor moet de
luchtbeukstoel
niet alleen op de pijler tussen de beuken worden gebouwd, maar ook bovenop de
gordelboog
van de buitenste zijbeuk. Dat kan, maar die moet wel heel zwaar uitgevoerd worden.
Dit systeem is te vinden in de
Sint Jan van Den Bosch.
Het ontstond daar in het koor,
waar op de zijbeuk kapellen aansloten, eerst van elkaar gescheiden door een muur die de luchtboogstoel droeg.
Toen die muur doorbroken werd om een extra zijbeuk te krijgen, kwam de luchtboogstoel op de nieuwe gordelboog te staan.
Dat systeem werd bij de bouw van het vijfbeukige schip meteen zo uitgevoerd, dus met de luchtboogstoel op de extra zware gordelboog van de buitenste zijbeuk.
Alleen boven de binnenste zijbeuk is dus een luchtboog aangebracht.
Vermoedelijk was de bouwmeester Cornelis de Wael. Zeker is dat dit de bouwmeester is die in 1476 de bouw van het schip van de
Dom van Utrecht
overnam. Daar speelde een heel ander probleem. Door de niet zo voorbeeldige relatie tussen de Domkapittel
en dat van Oudmunster
was er voorlopig
onvoldoende ruimte om de tweede zijbeuk aan de zuidzijde te bouwen. Dus op de plaats van die zijbeuk werden, als tijdelijke oplossing,
streefpijlers met een conventionele luchtboogstoel gedacht. Zo zou er minder ruimte nodig zijn.
Een bouwmeester streeft er natuurlijk wél naar om het schoorstelsel overal gelijk hebben, ook daar waar wel meteen een tweede
zijbeuk komt.
De oplossing kende hij: het Bossche systeem, de luchtboogstoel op de gordelboog van de buitenste zijbeuk.
Tekst: Jean Penders (03-2017). Bronnen: zie literatuurlijst. Afbeelding: Jean Penders